In Amerika ontstond in 2007 de urban sketchers-beweging die zich snel over de wereld verspreidde: online verbonden tekenaars die op locatie schetsen. Ook Amsterdam kent een groep urban sketchers. Deze zomer vindt hier van 24-27 juli het tiende Internationale Urban Sketchers Symposium plaats. Gwen Glotin uit de Indische Buurt mag als lokale correspondent dit evenement verslaan.

Als puber tekende Gwen Glotin veel. In 2014, ze was toen al 44, besloot ze haar vroegere hobby weer op te pakken. Ze volgde eerst een cursus schilderen, maar toen ze het boek The art of urban sketching kreeg, was ze meteen verkocht. Tekenen wat je om je heen ziet was vanaf die tijd haar ding. Online volgde zij daarna nog een aantal cursussen van de Sketchbook Skool. Toen ze buiten op locatie begon te tekenen, voelde zij zich daar in het begin ongemakkelijk bij. Gwen: ‘Als er iemand mijn kant opkwam om te kijken wat ik aan het tekenen was, sloeg ik snel mijn schetsboek dicht.’

Haar eerste ontmoeting met de Amsterdamse urban sketchers was in de Hortus Botanicus. Achteraf gezien wel bijzonder, want de meeste urban sketchers hebben een voorkeur voor het tekenen van gebouwen: van grachtenpand tot wolkenkrabber. Elke open meeting wordt op de Facebookpagina van de Amsterdamse urban sketchers aangekondigd. Inmiddels telt de groep al meer dan 946 leden.

Tekening:
Gwen Glotin

Die middag in de Hortus Botanicus was anders dan de andere open meetings. Meestal zijn die op plekken in de stad waar je gratis kan tekenen. Omdat je voor de Hortus moet betalen, hadden zich maar zes mensen aangemeld. Al snel verspreidde iedereen zich over de kas. Sommigen gingen planten tekenen, anderen namen in hun schets de constructie van de kas mee en weer anderen de bezoekers. Gwen: ‘Aan het eind van de tekensessie gingen we zoals gebruikelijk met z’n allen nog ergens een drankje drinken en elkaars werk bekijken. Hoewel een van de motto’s van de urban sketchers luidt ‘we share but we don’t compare’, moet je in het begin oppassen dat je niet gaat vergelijken. Er zitten altijd wel een paar leden bij die ontzettend goed kunnen tekenen.’

Iedereen is welkom

Gwen vertelt dat ze van nature niet zo’n erg sociaal persoon is, maar dat ze al snel door die gemeenschappelijke passie voor het tekenen met veel leuke mensen in contact kwam. De Amsterdamse urban sketchers community is heel divers: alle nationaliteiten zijn er wel in vertegenwoordigd. Het niveau varieert van beginnelingen tot professionals, zoals illustratoren en grafisch ontwerpers. De leeftijd varieert van twintig tot tachtig jaar. En waar de een alleen gebruik maakt van een (vul)pen, gaat de ander in de weer met viltstiften of kleurpotloden. Gwen neemt altijd een piepklein aquareldoosje en waterbrush, een soort pen met een waterreservoir, mee. Ze ziet trouwens dat het gebruik van de iPad toeneemt.

Het tekenen van een foto is not done, dat is geen urban sketching

De meetings duren drie tot vier uur en die van de nationale urban sketchers, die drie tot vier keer per jaar worden gehouden, duren een dag. De meeste tekenaars schetsen staande op A5-formaat of zitten op een opklapbaar stoeltje. Maar of ze nou met potlood, (vul)pen, viltstift of op hun iPads aan de gang gaan, er wordt altijd op locatie getekend, binnen of buiten, de een wat losser dan de ander. Maar een violist hangend in de lucht, een blauw paard of een wolkenkrabber die om lijkt te vallen of achterover leunt, zul je niet gauw op hun tekening aantreffen. En oh ja, het tekenen van een foto is not done, dat is geen urban sketching.

Omdat Gwen vertaalster is, kan ze haar tijd zelf indelen. ‘De Indische Buurt is echt mijn thuis. Ik woon er sinds 2000 en heb nog nooit zo lang ergens anders gewoond. Ik vind het heerlijk om in de Coffee Company mensen achter hun computer af te beelden. Ze hebben het zelf niet door, maar met hun getuur op hun scherm, zijn het ideale modellen.’ Maar in haar schetsboek – ze woont vlak achter het Badhuis – zijn ook de zaterdagse vintagemarkt, opvallende buurtfiguren, buurtevenementen en de vele veranderingen in haar omgeving te vinden.

Ooggetuige zijn

Tijdens het tiende internationale Urban Sketchers symposium zijn er door de organisatie drie sketchers aangesteld die verslag doen: een uit de Verenigde Staten, een uit de Dominicaanse Republiek en Gwen is aangesteld als lokalecorrespondentuit Nederland. Tijdens het symposium zullen er allerlei workshops worden gegeven, met verschillende thema’s. Een van de workshops gaat over het ooggetuige zijn, rapporteren wat er om je heen plaatsvindt, of dat nu veranderingen in je buurtje zijn of de verwoestende gevolgen van bosbranden in Californië, een aardbeving in Italië of wat er met vrouwen gebeurt in het kader van #Metoo. Sommige urban sketchers plaatsen bij hun tekening ook korte teksten.

De workshops op het symposium waren binnen de kortste tijd uitverkocht, maar aan de gratis sketchwalks die ’s ochtends plaatsvinden, kan iedereen meedoen. Een gids neemt je dan mee van de ene naar de andere locatie. Als ik Gwen vraag of de urban sketchers ook sterren kennen die op Instagram duizenden volgers hebben, noemt ze er een aantal: de grootste urban sketchers ster is Liz Steel. Gwen: ‘Ze heeft een ‘quick and lose’ stijl die veel sketchers aanspreekt.’ Haar workshops waren dan ook als eerste uitverkocht. Andere sterren zijn Gabriel Campanario, de oprichter van de urban sketchbeweging, de eveneens Amerikaanse Veronica Lawlor, die demonstraties (waaronder de women march in Amerika) verslaat en de Nederlandse Koosje, co-founder van de Sketchbook Skool, die veel in Amsterdam tekent. Zelf heeft Gwen ook een Instagramaccount (@gwenglotin) waar nu al prachtige tekeningen op staan. Wie die vier dagen van het symposium het door haar getekende verslag wil volgen, moet naar de site van de Urban Sketchers: urbansketchers.org

deel dit artikel: