Op het braakliggende terrein tegenover Studio/K aan de Borneostraat begint de nieuwbouw van woonblok AQ16, het sluitstuk van de in 2002 gestarte vernieuwingsopgave voor de Indische Buurt. Hillechien Meijer, vanaf 2004 werkzaam als gebiedsontwikkelaar voor de Alliantie, zag de buurt opbloeien tot een van de populairste in Amsterdam.

De vraagstukken die spelen rond pand AQ16, een blok met 118 sociale huurwoningen en drie bedrijfsruimtes, laten zien hoe snel Amsterdam is veranderd. Twintig jaar geleden stond het verhogen van de leefbaarheid in deze Vogelaarwijk centraal, inmiddels is méér en duurzamer bouwen het speerpunt van het gemeentelijk beleid. Hillechien vertelt dat bij het tekenen van het voorraadbeheerplan in 2002, de urgentie om de Indische Buurt op te knappen groot was. De inzet was om de buurt vooral door renovatie met behoud van karakteristieke architectuur te verbeteren. De Smaragd tegenover het Muiderpoortstation en de Borneohof waren op dat moment de enige locaties binnen het plan waar men bewust voor nieuwbouw koos.

‘De Borneohof aan het Javaplein is ontwikkeld om het plein een nieuwe impuls te geven en ruimte te creëren voor publieken voorzieningen en bedrijvigheid op de begane grond.’ Hillechien vertelt dat juist ook kleinere projecten, zoals het aantrekken van restaurant De Wilde Zwijnen, een enorme boost gaven aan de wijk: ‘Ik merkte toen voor het eerst dat de Indische Buurt onderdeel van de stad werd. Mensen kwamen uit andere stadsdelen om hier te eten en zagen hoe bijzonder en gevarieerd het hier is.’

Sloop versus renovatie

De kritiek dat er in oude stadsbuurten zoals de Indische Buurt te makkelijk voor sloop is gekozen, wijst Hillechien van de hand. ‘We hebben in de meeste gevallen gekozen voor renovatie. Later in de vernieuwing is er bij twee projecten, de Zeebloem aan de Molukkenstraat en nu dus AQ16 aan de Borneostraat, gekozen voor sloop-nieuwbouw. In eerste instantie was er weerstand bij het stadsdeel, maar de staat van de panden was dusdanig slecht dat we in goed overleg voor nieuwbouw hebben gekozen. De architectuur blijft dicht bij het oorspronkelijke ontwerp en het biedt de mogelijkheid om duurzaam te bouwen.’ Ze herkent zich ook niet in de kritiek dat bij sloop in de buurt niet wordt overlegd met andere corporaties: ‘We staan juist in erg nauw contact met elkaar en overleggen continu.’

Hillechien ziet dat door de vernieuwing de buurt nu ook veel mensen uit de hogere inkomensgroepen aantrekt. ‘Wij horen natuurlijk wel klachten dat de buurt zou veryuppen, maar tegelijk was dat destijds ook een beetje het doel – het aandeel sociale huur enigszins afbouwen en een meer gemixt aanbod creëren. De Pijp zagen wij toen ook wel als een voorbeeld. Een populaire plek om te wonen, met aantrekkelijke winkelvoorzieningen. Wij zagen diezelfde potentie in deze buurt. Nu gaat het goed, maar in 2000 was het voor de buurt wel echt erop of eronder. Er moest iets gebeuren.’

Dat woningcorporaties daarmee de belangen van de ‘oorspronkelijke’ bewoners uit het oog zijn verloren, klopt niet volgens Hillechien. ‘Bewoners konden na renovatie terugkeren in het gebouw en bij nieuwbouw kregen zij voorrang op een woning in de buurt. In het begin hebben we vooral ingezet op het renoveren van grotere gezinswoningen, ook om gezinnen die te klein behuisd zijn meer ruimte te geven. Op dit moment is er meer vraag naar woningen voor één- en tweepersoonshuishoudens.’ Voorrang geven aan mensen die in de buurt zijn opgegroeid is wel een terugkerend thema, maar ziet de gemeente niet zitten. De gedachte hierachter is dat alle Amsterdammers met schaarste te maken hebben. Er is daarom geen reden om mensen uit een bepaalde buurt voorrang te geven.’

Gasloos wonen

AQ16 is voor de Alliantie het laatste project van de vernieuwingsopgave van in totaal 1.850 woningen in de buurt. Hillechien grijpt het interview aan om een primeur te delen: het nieuwe pand draagt de naam Senang. ‘We hebben in de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in de leefbaarheid en buurteconomie om te zorgen dat mensen zich prettig, senang, voelen en in dit project is veel geïnvesteerd in de warmte van het blok zelf.’ Het is voor de Alliantie het eerste project dat gasloos wordt opgeleverd. ‘De warmte wordt geleverd door een warmte-koude-opslag en op het dak komen zonnepanelen’, legt Hillechien uit.

Bij eerdere renovaties maakten buurtbewoners nog graag gebruik van de mogelijkheid om uit de buurt te verhuizen, inmiddels is die trend gekeerd. ‘Wij bieden huidige bewoners de gelegenheid om terug te keren in het blok en daar wordt nu ook best vaak voor gekozen. Dat is wel uniek. Ik denk dat het laat zien dat de sociale investeringen in de buurt echt een succes zijn.’

deel dit artikel: