‘Doe je mee?’ De tekst staart me aan. Witte letters op een blauwe ondergrond. Het is een ouderwetse ansichtkaart. Ik draai hem om. Hij is van Mark Rutte. ‘Hoi!’, schrijft hij. En hij nodigt me vriendelijk uit om te gaan stemmen op 17 maart. De handtekening en medaillonvormige pasfoto aan het eind geven het geheel een persoonlijk tintje. Maar de kaart is niet aan mij geadresseerd. Wel: ‘Aan iedere Nederlander die samen sterker verder wil.’ Ik kijk nog een keer. Het is echt de VVD. Niet de PvdA. Of de SP. Al kleurt mijn blik rood en zie ik opeens tomaten. Iets klopt niet. Dit voelt nep. Een gelikt (tomaten)sausje over VVD-pasta. Ook de slotalinea schuurt: ‘Bij de vorige verkiezingen kon de VVD rekenen op jou en jouw buren. Wij deden het in deze buurt heel goed. Ik hoop dat ik nu weer een beroep op je stem mag doen.’ Het staat er echt. ‘De VVD kon rekenen op jou en jouw buren.’ Zou de VVD het echt zo goed doen op het KNSM-eiland? Het lijkt mij stug. Maar de twijfel is gezaaid. Mijn stem hebben ze nooit gehad. Blijven de buren over.
In geval van twijfel gaat een wetenschapper op zoek. Op zoek naar feiten. Misschien is mijn blik gekleurd. Misschien leef ik op een roze – lees: rode – wolk en dartel ik rond in een fictieve groene weide. Ik besluit niet weg te lopen voor de werkelijkheid en pak de lokale stembusuitslagen van vier jaar geleden erbij. Tijd om kleur te bekennen. Om de waarheid dapper onder ogen te zien.
In Kanis en Meiland stemde in 2017 12,4 procent op de VVD en in de Kompaszaal 16,6 procent, gemiddeld 14,5 procent. GroenLinks was nummer één en D66 nummer twee, samen goed voor 41,9 procent van de stemmen. Ik ben dus toch niet gek. De VVD kon niet rekenen op mij. En kennelijk ook niet op ruim 85 procent van mijn buren. Dat maakt Mark een liegbeest. Want: zijn kaartje, zijn woorden, zijn handtekening. 

Nu snap ik best dat het allemaal marketing is. De tekst is vast juridisch waterproof. Alleen al door de ontvanger en de buurt niet specifiek te noemen. Al ligt hij wel in míjn brievenbus. ‘Het goed doen’ is ook relatief. Want je kunt eenvoudigweg aanvoeren dat je een krappe 15 procent ‘heel goed’ vindt. Maar manipulatief is het zeker. Vandaar die kriebel toen ik het las. Dat onderbuikgevoel. Feiten zo verdraaien dat een leugen waarheid lijkt. Twijfel zaaien. Zodat de ander een illusie voor waar aanneemt en zijn eigen perceptie negeert. Dat heet ‘gaslighting’. Een klassieke manipulatietechniek, waarbij je net zolang doet alsof de ander gek is, totdat hij of zij het zelf gelooft en de omgeving ook. 

De VVD doet dit overigens vaker. In een eerdere campagne in Utrecht schreven ze in een huis-aan-huis verspreide flyer gewonnen te hebben in de buurt. Toen dat aantoonbaar onjuist bleek, was hun reactie dat zij het begrip buurt anders interpreteren. Een leugen die zo geformuleerd is dat de leugenaar er niet op aanspreekbaar is. Ontken dat je liegt, bedek de leugen indien gewenst met een nieuwe en hou dat zo lang mogelijk vol. ‘Plausible deniablility’, een term overgewaaid uit Amerika die ook hier tot politiek ambacht verheven is. Al is deze techniek zo oud als de weg naar Rome. Geloofwaardig ontkennen. Jouw naam is haas. En kom je alsnog klem te zitten? Maak dan excuses, beloof verantwoordelijkheid te nemen en ga vol gas door. Op de oude voet. Dezelfde koers in hetzelfde patroon. Minimaliseer je eigen betrokkenheid, zet het gebeurde weg als incident en erken volmondig gemaakte fouten. Zo valt de wind weg uit de zeilen van de oppositie. Die zijn meteen uitgeluld. 

Foto: VVD

Mark Rutte is hier goed in. Ik zie het nu pas. Met dank aan het kaartje. Opeens vind ik hem een stuk minder sympathiek. Een stuk minder oprecht. Voorheen vond ik alleen de partijpolitiek oneerlijk, niet de partijleider. Nu lijkt zijn charmante bescheidenheid een laagje vernis. Met kiezersbedrog kiezers werven. Het moet niet nog gekker worden. De VVD rekent zichzelf structureel rijk. Een selffulfilling prophecy? Ze zijn van alle partijen weer de grootste gebleken. Misschien duurt eerlijkheid niet meer het langst. Al levert de VVD in Amsterdam wel in. Het ‘samen sterker’ van Rutte gaat er hier minder goed in. En terecht. Want een dubbeltje kan best een kwartje worden. Absoluut. Maar makkelijk is dat niet. De kans is groter dat een kwartje een gulden wordt. En dat een dubbeltje daardoor nog maar een stuiver waard is. Ik kijk nog één keer naar de tekst: ‘Doe je mee?’ en laat Mark in de recyclebak vallen. De platte Amsterdammer in mij heeft allang antwoord gegeven: Ik ben wel goed, maar niet gek.

deel dit artikel: