TEKST: FRITS SLICHT

Stichting Geheugen van Oost verzamelt verhalen over Amsterdam-Oost van (oud-)bewoners en anderen. Alle verhalen zijn te lezen op ww.geheugenvanoost.amsterdam, zodat de geschiedenis niet verloren gaat. De IJopener publiceert regelmatig een verhaal. Deze keer het verhaal van Wil Wickel over de betonfabriek aan de Zeeburgerdijk en het driecentenbadje, opgetekend door Frits Slicht. 

Ten oosten van het eerste, het noordelijke, deel van de Joodse begraafplaats had je toen nog een groot stuk braakliggend terrein. Nu is het ook een deel van het Flevopark en het Flevoparkbad. Dat braakliggende terrein was één groot speelterrein voor de kinderen.

De betonfabriek aan de Zeeburgerdijk

Helemaal op de punt, aan het eind van de Zeeburgerdijk, had je vroeger de een of andere betonfabriek. In die fabriek maakten ze van die betonkoppen voor heipalen. Op het terrein van dat bedrijf lagen hele stapels met kant-en-klare producten. Je had daar ook een gebouw voor opslag (een soort schuur) waar in de muur een steen zat waarop stond dat daar vroeger aalmoezeniers hadden gebivakkeerd. Op die punt, in die hoek, had je een grote villa staan. Die villa was van de directeur van al die huizen die hier vroeger stonden. Die huizen waren van de brug- en sluiswachters. Het gebied en die woningen waren allemaal van Rijkswaterstaat. Het kanaal, het huidige Amsterdam-Rijnkanaal, werd toen druk bevaren. Voor die mooie villa stond in mijn herinnering een indrukwekkende kastanjeboom, met voor en achter een grote tuin.

Tussen de Westelijke Merwedekanaaldijk en de Diemerzeedijk had je sluizen. Ze zijn tegenwoordig nog steeds zichtbaar. Als de Oranjesluizen het zouden begeven, dan gingen deze hoge zeesluizen dicht.

Het driecentenbadje

Bekend in die tijd was natuurlijk ook het driecentenbadje. Om daar te komen, kon je via het zwarte paadje, langs de begraafplaats en over het stuk woeste grond en dan helemaal om de villa van de directeur heen. Voor een schoolkind was dat best nog een heel eind lopen. Je kon natuurlijk ook helemaal over de Zeeburgerdijk en dan de Westelijke Merwedekanaaldijk over, maar dat was nog langer. Gelukkig had de gemeente op een breder stuk, voorbij de villa, een waterkraantje geplaatst. Daar stopte je dan voor een slok water. Op deze plek stond ook een snoepkarretje.

deel dit artikel: