Wonen in Amsterdam. Hoe dramatisch wil je het hebben? Vraag en aanbod liggen mijlenver uit elkaar. Het begint al met het gigantische aantal woningzoekenden. En het eindigt met gezinnen die de stad uit gaan. Onlangs ontstond er ophef over de verkamering, ook wel ‘friendscontracten’: jongvolwassenen die met elkaar een woning delen. In een overspannen markt leidt zo’n ontwikkeling meteen tot scheve gezichten. IJopener Magazine inventariseert hoe er in de stad gewoond wordt.

Om maar met de deur in huis te vallen: er zijn in Amsterdam 221.794 ingeschreven woningzoekenden. Hoe veel dat is, merk je als je je realiseert hoe veel (of weinig) woningen er in Amsterdam zijn: onze stad telt 428.035 woningen. Daarvan is 52% sociale verhuur, 15% vrije sector verhuur en 33% een koopwoning. Tien jaar geleden was het percentage sociale verhuur 68%, was er in de stad maar 6% vrije sector huur en waren er 26% koopwoningen.

Er zijn de afgelopen tien jaar dus meer koopwoningen en meer vrije sector huurwoningen bijgekomen en het aandeel sociale verhuur is gedaald. In ons stadsdeel zien we deze ontwikkeling terug. Nu is in Oost 54% van de woningvoorraad sociale verhuur (was 67%), 15% is vrije sector verhuur (was 5%) en 31% is koopwoning (was 28%). Bij ons stadsdeel zie je dus vooral een toename van het aantal vrije sector huurwoningen en een afname van het aantal sociale huurwoningen. Landelijk is het beeld heel anders: 29,6% van de woningvoorraad bestaat uit sociale verhuur en 56,5% uit koop.

Veel alleenwonenden

ie wonen er nu in deze woningen; welke huishoudens zijn er in Amsterdam? Er zijn 462.329 huishoudens in Amsterdam. In onze stad wonen relatief veel alleenwonenden en deze woonvorm zal alleen maar toenemen, is de verwachting. De afgelopen vijf jaar is het percentage alleenwonenden met 6,4% gestegen. Nu woont 47% van de huishoudens alleen. 22% van de huishoudens bestaat uit een stel zonder kinderen, 8% is een eenoudergezin en 19% is een stel met kinderen.

Er zijn veel alleenwonenden en relatief weinig huishoudens met kinderen in Amsterdam. Landelijk is het beeld anders: 37% van de huishoudens bestaat uit een persoon, 33% uit twee personen en 30% uit meer dan twee personen. Hoe groter het percentage alleenwonenden, hoe meer woningen er nodig zijn. Dit maakt de zaak er niet simpeler op. In Oost bestaat 45% van de huishoudens uit één persoon. In Centrum 56%. Het laagste aantal eenpersoonshuishoudens is in Noord: 39%.

En de verkamering: welke ontwikkeling is daar te zien? Gemiddeld bestaat 4% van de huishoudens in Amsterdam uit drie of meer volwassenen. Hier zitten de verkamerde huishoudens in, maar ook de woongroepen. In de Indische Buurt en het Oostelijk Havengebied wordt op 626 adressen de woning gedeeld. In IJburg/Zeeburgereiland op 169 adressen. Afgemeten naar het aantal woningen gaat het om 2,7% van de woningen. Stedelijk wordt in de Pijp/Rivierenbuurt het meeste woning gedeeld, 5,5%, met op de tweede plek Oud-West/ De Baarsjes met 5%. Is dat veel? Nee, in een gewone markt niet, maar in zo’n verstoorde markt als die van onze stad is het genoeg om moord en brand te schreeuwen.

deel dit artikel: