Alweer ruim twee jaar vinden onze sociale activiteiten op IJburg, de taalcafé-ontmoetingen plaats. Tijdens de lockdown (Rutte, maart 2020) zijn we met ‘live’ ontmoetingen gestopt. Wel zijn we op kleine schaal doorgegaan met gesprekken via de telefoon. Inmiddels is het taalcafé weer open, in aangepaste vorm.
In juni 2018 begonnen we, dat wil zeggen een aantal vrijwilligers en bewoners op IJburg, in de FlexBieb een taalcafé. Het taalcafé is een laagdrempelige plek, waar al dan niet nieuwe anderstalige Amsterdammers en taalvrijwilligers elkaar op informele manier ontmoeten en in gesprek gaan. Het doel is het oefenen van de Nederlandse spreektaal om zo de zelfredzaamheid te verhogen.
Bij de opening dachten we dat er vooral jonge statushouders zouden komen. Deze groep was in dat jaar op IJburg komen wonen op locatie SET. Maar hoewel enkele jongeren van SET min of meer tot de vaste bezoekers behoren, is de meerderheid ‘oudkomer’ en vrouw. Deze vrouwen wonen soms al vele jaren hier en komen nu aan zichzelf toe. Hun kinderen werden groter en hadden minder zorg nodig of ze zijn juist meer aan huis gebonden door een baby of peuter. Soms speelt eenzaamheid een rol, of het verlies van een partner.
Een andere groep vrouwen is hier recent komen wonen; ‘recent’ varieert van enkele maanden tot enkele jaren. Ze zijn hier gekomen door hun huwelijk of door het werk van hun partner. De bezoekers van het taalcafé volgen bijna allen formeel of informeel Nederlandse taallessen. Sinds vorig jaar heeft ons taalcafé een extra uur op donderdagochtend uitsluitend voor vrouwen. Voor gemengde groepen is het twee keer per week open.
De bijeenkomsten
Tijdens de taalcafé-bijeenkomsten zijn er altijd wel twee of meer vrijwilligers aanwezig. Er is een vaste groep van tien vrijwilligers. Vaak voeren we tijdens de bijeenkomsten groepsgesprekken, een enkeling krijgt individuele begeleiding bij het maken van huiswerk.
Bij de start van het taalcafé was het voor de meeste vrijwilligers wennen, zowel aan elkaar, aan de bezoekers als aan het vinden van geschikte gesprekstechnieken en onderwerpen. Onze gasten hebben een zeer gevarieerde achtergrond. Er zijn grote verschillen in taalniveau en in de verstaanbaarheid van de gesproken taal. Het leren kennen van elkaars exotische namen was een fikse klus. Onze deelnemers komen uit het Midden-Oosten, Verre Oosten, Afrika, Latijns Amerika, Nieuw-Zeeland en Zuid- en Oost Europa. Ze wonen allen op IJburg.
Inmiddels lijkt het erop dat wij vertrouwd zijn geraakt met de bezoekers in het taalcafé en zij met ons. Er is een groep die we bijna wekelijks zien, sommige vrouwen komen drie keer in de week. Het is een open taalcafé, wat betekent dat er geen aanmelding of afzegging wordt gevraagd. Er kunnen altijd nieuwe bezoekers komen en er kunnen altijd vaste bezoekers verdwijnen. Vrijwilligers vragen zich soms af waar sommigen zijn gebleven. Ook komt het voor dat mensen na maanden weer terugkomen. Zo zijn het levendige bijeenkomsten, die nieuwe uitdagingen van de vrijwilligers vergen.
Tijdens bijeenkomsten gebruiken we methodieken of hulpmiddelen die ondersteunend zijn en waarbij alle deelnemers meedoen. Er worden bijvoorbeeld rollenspelletjes gedaan: bezoek aan de kapper, een boekhandel of de apotheek. Een geliefde methode is het stellen van vragen. Daarvoor gebruiken we bestaande vragen of vragen die door de aanwezigen daar en op dat moment worden bedacht.
Een leuke en leerzame activiteit lijkt ook het zingen van kinderliedjes. Dit was ontstaan tijdens pauzes, maar langzamerhand is het een structureel onderdeel geworden en vaak sluiten we de laatste 10-15 minuten af met zang. Het samen zingen hebben we na de herstart in juni niet meer gedaan, omdat de bijeenkomsten nu korter duren.
Vanaf de eerste bijeenkomsten hebben we de gewoonte ontwikkeld om aan het eind van elke bijeenkomst de vraag te stellen: wat is er geleerd? Of ook om iets te benoemen over de bijeenkomst. Dit is een gezamenlijke activiteit van bezoekers en vrijwilligers en dat lukt bijna altijd in enkele minuten. Het geeft een inkijkje in wat mensen leren of waarderen. En wij vrijwilligers ervaren zelf dat het niet zo makkelijk is iets te benoemen. Het is ook een soort ritueel dat verbinding geeft.
Afsluitend is het fijn om te kunnen zeggen dat het taalcafé sinds half juni weer open is. We hanteren een aangepaste vorm, zitten op 1,5 meter van elkaar. De duur van het samenzijn is teruggebracht naar één uur per bijeenkomst. Bijeenkomsten zijn op woensdag en donderdag van 17.00-18.00 uur voor gemengde groepen; op donderdagochtend van 10.30-11.30 uur voor vrouwen. ⋅
Dit artikel is geschreven door Josina Kodde, zij is coördinatrice van het taalcafé
deel dit artikel: